Nederland dat gedicht moest worden.’ RvM: ‘We denken erover het boek nu ook in het Engels uit te geven, met behulp van crowdfunding.’ 5. Max Kohnstamm recenseerde het boek in tijdschrift voor Marketing. Hij schrijft: ‘Crowdsourcing is een modieus onderwerp, met alle gevaren van dien.’ Zien jullie die gevaren ook? TM: ‘Ja, en het zijn er veel. Crowdsourcing is geen gemakkelijke oplossing om tot resultaten te komen. Je moet veel sturen, veel onderzoeken. In ons net ontwikkelde dashboard voor crowdsourcing onderscheiden we dertien gevaren, die we met onze pilotpartners hebben geïdentificeerd. Om er een paar te noemen: de resultaten kunnen teleurstellen, er komt veel te weinig respons of juist veel te veel. Daarnaast kan crowdsourcing zorgen voor wrijving. Het verwerken van de binnengekomen ideeën kan lang duren als er 140.000 inzendingen zijn. En als het te lang duurt, gaat de crowd weer morren.’ RvM: ‘De Rabobank, de gemeente Amsterdam, Lay’s en Pickwick zijn voorlopers. Maar ook zij hadden niet altijd een volledig plaatje van de mogelijke gevaren. Experts erbij halen en doelgericht te werk gaan, dat is de uitdaging. Crowdsourcing en cocreatie kunnen zeker werken, maar er moet ook een hoop worden geleerd.’ 6. Wat is de strekking van het boek? TM: ‘Dat je crowdsourcing moet omarmen. De hedendaagse consument is machtiger dan vroeger. Hij zit in verschillende netwerken en eist transparantie. Als bedrijf moet je dan niet reageren als een struisvogel. De rol van de consument verandert nu eenmaal. Als je dit omarmt, kan dat leiden tot mooie dingen: een sterkere binding tussen merk en klant, oprechte mond-tot-mondreclame en een duurzaam concurrentievoordeel. Ook binnen bedrijven is het belangrijk de meerwaarde van crowdsourcing te laten zien, aan werknemers en aan aandeelhouders.’ 7. Jullie willen dat crowdsourcing en cocreatie hoger op de agenda komt bij grote bedrijven. Hoe kun je dit in gang zetten? TM: ‘Daar zijn we dagelijks mee bezig. Met het boek willen we die meerwaarde laten zien. We adviseren door in het klein te beginnen met experimenteren. Door een interne ideeëncompetitie op te zetten bijvoorbeeld.’ RvM: ‘Door zo’n ideeëncompetitie en met workshops kun je voor draagvlak binnen de organisatie zorgen. Want als de bedrijfscultuur er nog niet klaar voor is, moet je niet aan crowdsourcing beginnen. Dat kan dan onnodig duur uitvallen.’ 8. Wat is het ultieme voorbeeld van crowdsourcing? RvM: ‘Het is alweer een oud voorbeeld, maar dat is de Lego-case. Lego heeft een productlijn die werkt met chips, Mindstorms. Een jonge jongen had de code van deze chip gekraakt en online gezet. In eerste instantie dreigde Lego deze jongen voor het gerecht te slepen. Lego stond op dat moment voor een faillissement. Toen aan het licht kwam dat juist deze lijn als enige gestaag bleef verkopen door het online zetten van die code, nodigde Lego die jongen en andere bloggers uit op kantoor, om samen nieuwe producten te ontwikkelen. Inmiddels is Lego weer opgekrabbeld en leggen ze zich toe op de robotindustrie. Op hun Deense hoofdkantoor hangt de spreuk: “We will do for robots, what Apple did for music”. Cocreatie en crowdsourcing zijn nu kernwaarden in de ontwikkeling van al hun producten.’ 9. In het boek komt RepRap voor, een online community die een 3D-printer heeft gelanceerd genaamd Darwin. Is dit een goed voorbeeld van co-creation? TM: ‘Jazeker. De 3D-printer was heel duur en heel groot, zoals die door MIT was ontwikkeld. Vrijwilligers begonnen een open source community omdat ze vonden dat het beter kon. Ze dachten: 3D printen kan de wereld veranderen zodra dit toegankelijk is voor de consument. Het apparaat meet nu een halve kubieke meter en de prijs is gezakt van 55.000 naar 1000 dollar. Een variant was zelfs bij de Bijenkorf te koop tijdens de Dolle Dwaze Dagen. Dat was anders niet mogelijk geweest.’ Tim Meuleman (l) en Robert van Meer 12 SPECIAL ADFORMATIE: BLIK OP 2012 10. Wat is een heel slecht voorbeeld van crowdsourcing? RvM: ‘Bij Rita Verdonk ging het niet goed. Maar dat vond ik ook niet verrassend. Wat zij neerzette nodigde uit tot negativisme. Dan krijg je dus ook negatieve reacties. In de politiek is crowdsourcing moeilijk toepasbaar, terwijl het in potentie de democratie democratischer zou kunnen maken.’ TM: ‘Succes kan ook heel onverwacht komen. Zo is er een platform waarop je tatoea‘Bij Rita Verdonk ging het niet goed, omdat zij uitnodigde tot negativisme’ ges kunt crowdsourcen. Vraag om een ontwerp en kies een winnaar uit aan wie je een bepaald bedrag betaalt.’ 11. Het model in jullie boek heet het ‘Steeringwheel van crowdsourcing’. Leg eens uit hoe dat model eruit ziet? RvM: ‘Het model geeft een totaaloverzicht van het hele proces rond crowdsourcing. Een klant komt met een vraagstuk dat we aan de hand van het Steeringwheel uitwerken. Dat wiel bestaat uit drie ringen. In de binnenste ring staat de “Why” centraal. Je moet je vooraf afvragen waarom je crowdsourcing wilt inzetten. Je moet dus weten wat het is. Dan formuleer je doelstellingen en dek je de gevaren af. Ook zoek je naar de juiste vorm: wil je een breed gedragen platform of juist een eliteclubje? De middelste ring wordt gekenmerkt door de “How”. Hierin definieer je hoe je de crowd motiveert, of je de community zelf bouwt of dit uitbesteedt en hoe je het management indeelt. De buitenste cirkel gaat over de “What”. Hierin maken we het concept concreet.’ 12. Bij crowdsourcing gaat het om ‘wisdom of the crowds’. Maar kwaadwillenden kunnen het ook inzetten om de ‘madness of the crowds’ te peilen... Jullie hebben je niet aan dit soort bespiegelingen gewaagd. TM: ‘We hebben Rita Verdonk geïnterviewd en we hebben de gevaren van crowdsourcing in kaart gebracht in het boek. Maar het doel van het boek is niet het duiden van massapsychologie. Voor de doelgroep is dat niet interessant.’ 13. Tot slot: wat heeft jullie dit boek tot nu toe opgeleverd? TM: ‘We wilden onszelf in het begin niet bewust neerzetten als consultant. Maar we worden nu uitgenodigd door mensen die meer willen weten van crowdsourcing. Dus het balletje rolt snel die kant op.’ RvM: ‘Wat wij wel wilden was de consument meer empowered maken om het bedrijfsleven te helpen, en de C2B-revolutie meer in kaart brengen. En wat heeft dat opgeleverd? Voor mijn gevoel is de revolutie nu van start gegaan…’ Pagina 11

Pagina 13

Heeft u een catalogus, nxtbook of digi-studiegidsen? Gebruik Online Touch: lesboek online bladerbaar uitgeven.

Adformatie Nr. 51/52 Lees publicatie 101Home


You need flash player to view this online publication