5 DUURZAAM ZORGEN MEEWERKEND TEAMLID ergocoaches zien nu al hoe ze hun activiteiten als coach grotendeels of zelfs helemaal kunnen inpassen in hun dagelijkse werk. Ze hebben geen twee uur per week meer nodig; ze komen met een halfuurtje toe. De vinger aan de pols houden of beleid wordt nageleefd terwijl je met je gewone werkzaamheden bezig bent; dat klinkt al als een behoorlijk duurzame coach! Dat is ook precies waar we naartoe willen. Om duurzaam te zijn, moeten de inmiddels ruim 18.500 geregistreerde ergocoaches en veiligheidscoaches zich vooral meer overbodig maken. Elke zorgmedewerker heeft een eigen verantwoordelijkheid als het gaat om het voorkomen van fysieke belasting en agressie. Er blijft zéker behoefte aan coaches, maar de huidige tijd vraagt om ergo- en veiligheidscoaches die ‘lean and mean’ oftewel ‘slank en vaardig’ zijn. Om coaches die signaleren en kritische vragen stellen, maar niet alles voor iedereen oplossen. En het mooie is: dat werkt beter, mits je leidinggevende en het management vierkant achter je staan. Handen op de rug Een slimme, duurzame coach doet eigenlijk hetzelfde als je bij cliënten graag doet: zelfredzaamheid stimuleren. Goed nagaan waar problemen zitten en daar ondersteuning bieden. Zorg verlenen met je handen op je rug is ook een vorm van coachen: je helpt mensen zelfredzamer te worden. Alles wat je doet, is erop gericht het iemand weer zelf te laten doen. Als ergo- of veiligheidscoach doe je in feite hetzelfde met je collega’s. Je kijkt waar het nog niet goed gaat en samen zorg je ervoor dat ze knelpunten vooral zélf oplossen. Coachen met je handen op je rug dus: een duurzame oplossing waar iedereen Je kunt drie modellen coaches onderscheiden: • de coach specialist: een deskundig teamlid met een stevige training; • de coach aandachsvelder: heeft naast zijn of haar gewone werk binnen het team een extra aandachtsveld, een lichte training en beperkte taken (maar weet waar hij of zij terecht kan met ingewikkelde problemen); • de coach coördinator: is verantwoordelijk voor meerdere teams of afdelingen en heeft een stevige scholing. Op dit moment komen alle drie de modellen voor. Onderzoek laat zien dat ze alle drie even effectief kúnnen zijn. Nadeel van het specialistmodel is het risico dat sommige teamleden achterover leunen en van hem of haar alle oplossingen verwachten. Zo lees je verderop in dit blad dat Esther Meesterberends in haar promotieonderzoek zag dat een team met verpleegkundig specialisten rond decubitus niet altijd een beter decubitusbeleid had. De oorzaak: de andere teamleden namen hun eigen verantwoordelijkheid niet meer. Van een coach coördinator kan niet vanzelfsprekend praktische, dagelijkse inbreng worden verwacht. Een coördinator is immers niet – in tegenstelling tot de aandachtsvelder – werkzaam binnen het team. Hij of zij loopt een keertje mee of legt bezoekjes af. Er kan dus niet meteen actie ondernomen worden (minder effectief) en het kost veel tijd (duurder). Een meewerkend teamlid, het eenvoudige aandachtsvelder-model, is daarmee de beste variant. Verder blijkt uit wetenschappelijk onderzoek dat voor een effectieve ergocoach zichtbare, merkbare steun van het management en leidinggevenden noodzakelijk is. Bijvoorbeeld in de vorm van beleid waarin de keuzes zoals het omarmen van de praktijkrichtlijnen en het verplicht gebruik van een transferprotocol in de zorgdossiers expliciet staan en waar je dus op terug kunt vallen als er iets misloopt. Je weet dan dat je leidinggevende achter je staat en je zal steunen. Alleen dat idee al blijkt te werken. Meer weten, download het boek ‘Markante Marges’ op gezondenzeker.nl, hierin zijn alle businesscases beschreven. q Pagina 4
Pagina 6Scoor meer met een web winkel in uw PDF's. Velen gingen u voor en publiceerden whitepapers online.
Gezond & Zeker 2015 nr. 1 Lees publicatie 163Home