DUURZAAM ZORGEN 6 q beter van wordt. Een zelfredzame cliënt is een cliënt die veel minder van je vraagt. Dat scheelt in de fysieke belasting en onveiligheid. En zo is ook elke zelfredzame collega er één waar jij als ergocoach niet meer achteraan hoeft. Sterker nog, zo iemand kan en zal jou helpen om van gezond werken de norm te maken. Dat het team jou als coach op den duur minder nodig heeft, is precies wat we willen. En jij kunt dan je tijd gebruiken om de taken die overblijven, goed en grondig uit te voeren. Kortom, de duurzame coach is bewezen effectiever. Transferprotocollen Een van de belangrijkste tips om effectiever te kunnen werken: gebruik Transferprotocollen (of iets vergelijkbaars) en zet deze in het cliëntgebonden zorgdossier. Gezond werken wordt daarmee een teamafspraak en net zo vanzelfsprekend als schone lakens, medicijnen en wondzorg. Om effectief te zijn, moet het protocol wel bij elke verandering van de cliënt aangepast worden. Als coach hoef je niet meer te doen dan een vinger aan de pols houden of de protocollen inderdaad upto-date zijn. Erg belangrijk, maar een stuk minder tijdrovend en veel makkelijker dan iedereen achter de vodden zitten. Zo zie je: als beleid goed geborgd is, bijvoorbeeld in een Transferprotocol, wordt gezond werken vanzelf de norm. En ook als jij er niet bent, wordt het protocol bijgewerkt. Duurzaam trainen Vergeet ook het Ergocoach Paspoort of Veiligheidspaspoort niet. Hiermee breng je in kaart hoe het zit met jouw ‘kennen en kunnen’. Welke kennis bezit je al, en op welke vlakken is scholing en training nodig? Je kunt het paspoort ook gebruiken om je een beeld te vormen van de vaardigheden van je teamleden. In het paspoort staat immers opgesomd wat medewerkers zoal moeten kunnen. Vergeet niet: gezond en zeker werken is niet alleen jouw verantwoordelijkheid! Ook voorkom je zo dat je in het wilde weg scholing aanvraagt of kennis herhaalt. Dat laatste heeft geen meerwaarde en werkt behoorlijk demotiverend: het team krijgt de indruk dat je ze onderschat. Met cursussen of bijscholing haal je mensen bovendien weg uit hun werk met cliënten, en daar moet je wel een hele goede reden voor hebben. Train dus selectief op basis van tekorten die men ervaart of die jij signaleert. Hanteer daarbij het motto ‘eerst toetsen en dan scholen’. Gericht scholen is goedkoper en motiveert de deelnemers. Kortom, TRANSFERPROTOCOLLEN: hoe en wat? Het oude document ‘Transfer protocollen, hoe en wat?’ is volledig herzien en geactualiseerd. Het bevat nu ook voorbeelden en tips om succesvol met een Transferprotocol te werken. Zorgorganisaties maken steeds meer gebruik van een Transferprotocol. Dat is niet zonder reden. Uit onderzoek blijkt dat het noteren van transferafspraken op een Transferprotocol, op basis van de Praktijkrichtlijnen Fysieke Belasting, tot een consequenter gebruik van transferhulpmiddelen leidt. Zo simpel kan het dus zijn. Dat betekent allereerst dat je een handig formulier moet hebben waarop je onder andere noteert hoe de client wordt verplaatst en gewassen. Daar moet niet teveel op staan (dan vult niemand het in), maar ook niet te weinig (dan heb je er niks aan). Moet dat op papier? Hoe zit het met je elektronisch cliënten dossier? En kun je films koppelen aan een digitaal Transferprotocol? Wat is de rol van de ergocoach? En van de ergo- en fysiotherapeuten? LOCOmotion heeft in opdracht van Stichting Arbeidsmarkt- en Opleidingsbeleid Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg (A+O VVT) Pagina 5
Pagina 7Interactieve erapport, deze drukwerk of mailing is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het online publiceren van digi-relatiemagazines.
Gezond & Zeker 2015 nr. 1 Lees publicatie 163Home