WETENSCHAPPELIJK jaarverslag 2012 ABSTRACTS POSTERS WETENSCHAPSDAG SFG 2012 FEV1≥12% (adj OR 2.2; 95%CI 0.944-5.322) en FEV1/FVC<70% (adj OR 2.3; 95%CI 1.012-5.290) over als voorspellende factoren. CONCLUSIE: Patiënten met een luchtwegobstructie of reversibiliteit hebben een verhoogde kans op complicaties na bariatrische chirurgie. DISCUSSIE: Prospectief gerandomiseerd onderzoek is nodig om te kunnen concluderen of pre-operatief longfunctie onderzoek bijdraagt aan vermindering van complicaties van bariatrisch onderzoek. Effect van bariatrische chirurgie op astma: 3 maanden follow-up. A. van huisstede1 , M. Castro Cabezas2 G.J. Braunstahl1 1 , H. Zengerink3 Afdeling Longziekten, Sint Franciscus Gasthuis 2 Afdeling Interne Geneeskunde, Sint Franciscus Gasthuis 3 Afdeling Chirurgie, Sint Franciscus Gasthuis 4 Afdeling Anesthesie, Sint Franciscus Gasthuis 5 Afdeling Longziekten, Leids Universitair Medisch Centrum ACHTERGROND: Astma in obese patiënten wordt slecht begrepen, en het effect van gewichtsverlies op astma controle is niet goed beschreven. DOEL: De effecten van bariatrische chirurgie op astma controle, kwaliteit van leven en longfunctie onderzoeken. METHODEN: Een prospectieve studie van patiënten met bewezen diagnose astma (FEV1≥12% en/of PD20<1.76mg) en patiënten zonder astma die bariatrische chirurgie ondergingen (BMI >35kg/m2, leeftijd 18-50 jaar). Longfunctie, medicatie gebruik en kwaliteit van leven werden bekeken op baseline en 3 maanden na bariatrische chirurgie. Obese astma patiënten die geen bariatrische chirurgie ondergingen vormden een additionele controle groep. RESULTATEN: 35 patiënten met astma (O+A) en 50 patiënten zonder astma (O-A) ondergingen bariatrische chirurgie, 17 astma patiënten vormden de controle groep (NO+A). Er waren geen verschillen in astma controle vragenlijst (ACQ), astma kwaliteit van leven vragenlijst (AQLQ), FEV1 of FeNO tussen O+A en NO+A op baseline. BMI van NO+A (40 kg/m2) was significant lager vergeleken met O+A (47 kg/m2) en O-A (45 kg/m2) (p=0.005). Na bariatrische chirurgie daalde de BMI naar 38 kg/m2 in de O+A groep (p<0.001) en 36 kg/m2 in de O-A groep (p<0.001), waar de BMI stabiel bleef in de NO+A groep. Na bariatrische chirurgie daalde het percentage patiënten met bronchiale hyperreactiviteit (PD20<1.76mg) significant van 80% naar 34% in de O+A groep (p=0.003). Daarnaast daalde ook het gebruik van inhalatie corticosteroïden met 50%. FEV1 verbeterde alleen in de O+A groep (gemiddelde 85.6 naar 94.6 %voorspeld, p=0.011). Na bariatrische chirurgie verbeterde zowel de ACQ als AQLQ significant in de O+A groep (1.1 naar 0.5, p=0.022, respectievelijk 5.7 naar 6.3, p=0.004), terwijl er geen verschil zichtbaar was na 3 maanden in de NO+A groep. ACQ en AQLQ waren significant beter in de O+A groep vergeleken met NO+A na 3 maanden (ACQ p=0.027, AQLQ p=0.002). Er was geen verbetering in FeNO in een groep. CONCLUSIE: Bariatrische chirurgie verbetert longfunctie, astma controle en kwaliteit van leven in patiënten met astma en morbide obesitas al na 3 maanden. Wellicht dus dat gewichtsverlies een belangrijk onderdeel is van de behandeling van obese astma patiënten. 122 , R. Luitwieler4 , C Taube5 , P.S. Hiemstra5 , Pagina 121
Pagina 123Scoor meer met een online winkel in uw flyers. Velen gingen u voor en publiceerden whitepapers online.
SFG Jaarverslag 2012 Lees publicatie 130Home